Toegegeven: alle ingrediënten voor een fraaie pagina voetbalgeschiedenis waren gisteravond aanwezig op de Voscuyl: het vroeg vallende duister na een donkere dag na een voor sommigen die het rood-wit een warm hart toedragen nóg donkerder nacht; een Willem Elsschot-esque motregen die zelfs de dappersten van de straat veegt; een goed getimede poging de waardevolle spullen in veiligheid te brengen; en het een dag eerder nog lumineus klinkende idee de afstand Lebkov-Oegstgeest op de pedalen van het ijzeren ros af te leggen. Compleet be- en verzopen sleepten de Leidschen schonen de drie punten uit het spreekwoordelijke vuur.
Met slechts vijf spelers uit eigen gelederen trad de nummer 2 van de ranglijst in eigen huis aan tegen het studentenensemble uit de sleutelstad. Het restant van de Oegstgeestse seleção behelsde een bonte verzameling van speelsters uit het in de 2e klasse uitkomende Dames 1 en een legioen van overenthousiaste jonge veulens uit de MB1. Verder niets dan ambiance op het goed verlichte rubbergranulaat, omringd door tal van uitzinnige supporters, en vereerd met de aanwezigheid van een puike arbiter van Mark Clattenburg-achtige statuur, met dito FA-achtergrond.
Trainer Jelles, volgens de betere roddel-lectuur nog geen 24 uur eerder de les gelezen en het zwijgen opgelegd door de volledige selectie bij monde van geestelijk moeder Goudswaard en een vaag bekend klinkende man in een tabberd, had een toontje lager zingend eens de tijd genomen ook vóór aanvang van de wedstrijd degelijke instructies te geven. Met effect. Het mytisch rood-wit schoot uit de startblokken: de traditionele lange bal van De Heer Junior (dat is voetbaljargon, geen medisch jargon) eindigde na enkele balcontacten op de linkerflank bij Amesz, die met gevoel een pan-klare voorzet afleverde op Lanooij, die op haar beurt enkel nog tegen de bal hoefde aan te lopen. Zo geschiede. 0-1, binnen de minuut.
UDO herpakte zich knap, moederlijk bij de hand genomen door de niet te temmen Bregje Schipper, die de verdedigers Roorda, De Heer Junior en Van Dam eens stevig het vuur aan de schenen legde. Na Schippers gelijkmaker in de 25e minuut, pakte de thuisploeg zelfs de voorsprong, met enige hulp van de schutterende Zwep die zich lelijk verkeek op een indraaiende hoekschop. Nog geen vijf minuten later schudde de olijke doelvrouw echter alle schroom van zich af, toen zij na een halve ingreep op een listig schot van Schipper met een katachtige reflex de bal toch nog uit de doelmond wist weg te werken en daarmee een zekere 3-1 voorkwam.
De tweede helft zag het vertrek van de verrassend gevaarlijke Stigter en routinier Frasa, maar daar tegenover stond het vroege debuut van nieuwkomer Renske. En zoals zo vaak dit seizoen, was het tweede bedrijf in handen van de biancarosse. Nota bene de debutant doceerde de Leidse voorhoede in het afjagen van de Oegstgeestse keepster en tikte na goed druk zetten de gelijkmaker binnen. Een regen van gevaarlijke dribbels van Lugten, diepteballen op de pijlsnelle Van der Poel en onnavolgbare kapacties van tornado Lanooij hielden de thuisploeg het restant van de wedstrijd op eigen helft. Met nog een kwartier op de klok beloonde LSVV ’70 zichzelf verdiend, toen de beheerst spelende De Heer Junior het eindstation vormde van een beeldschoon opgezette aanval.
De Wit nam vervolgens de theetoespraak van de tot kalmte manende Jelles wel erg serieus toen zij ongemeend zen nog een verwoede poging deed om vanuit volle vlucht op anderhalve meter hoogte direct in de kleermakerszit op het kunstgras te landen. Het kwam de sympathieke spelverdeler op bezorgde blikken, een wissel en een wat moeizame fietstoch naar het Leidse te staan, maar vooralsnog lijkt de schade voor de cultheldin – in de volksmond beter bekend als Rimini Roos – mee te vallen. De ijzersterk spelende Oude Ophuis en de al drie wekenlang soevereine Van Dam waren vervolgens in grote mate debet aan het binnenharken van de drie punten. Het zo geliefde sterrenensemble kan met een tevreden gemoed de winterslaap in duiken.