Veel mooier dan dit krijg je ze niet: de felicitaties van Rutger Goudriaan zelf ontvangen, en dan ook nog inclusief hashtags #vriendenuitleiden, #meerdaneenclub en #cultclub. Ook Kagia toonde zich weer een fraaie tegenstander door ruiterlijk toe te geven dat de drie punten ditmaal verdiend mee terug naar Leiden gingen. Man, dat zorgde in de auto’s terug toch voor het wegpinken van wat traantjes. Maar uiteindelijk kan er voor de 1-2 overwinning van zaterdag maar één verklaring worden gegeven: het lieflijke Lisserbroek was ouderwets overdonderd door het Goudriaanistische circus dat Jansens’ studentenensemble op touw had gezet.
Toegegeven: d’r stond ook wel echt een waanzinnige ploeg aan de aftrap zaterdag: Dammes onder de lat, Filippo, Van Luxemburg, Van Beuningen en Leugering achterin; routinier Petersen geflankeerd door Egberts, Groenendijk en Baarda op het middenveld; en voorin het immer dynamische duo Jiddo-Guuske. Als de gastheer zich nog niet had laten imponeren door de drommen meegereisde bedevaartsgangers, bood het aangetreden rood-wit weinig aanleiding tot kalmte.
De dorpelingen kwamen nog op voorsprong, maar het restant van de wedstrijd was op enkele creatieve uitspattingen na te pover van thuiszijde. LSVV ’70 trok verdiend aan het langste eind, en deed dat door de nog altijd soevereine clubtopscorer van dit seizoen, Doornenbal. In een tijdsbestek van 15 minuten gooide de jongeling eigenhandig de wedstrijd op zijn kop, eerst met een formidabele zweefkopbal, en vervolgens met een bekeken schuiver.
Voetbal in de Bollenstreek meende in Doornenbal direct de Leidse Messias te kunnen zien, maar die vergelijking gaat ons wat te ver. Over de Messias gesproken: die was maar wat in z’n nopjes met de bij de Goudriaan-derby ontvangen LSVV-sjaal.